Op Landgoed Windesheim kwam tussen 1744 en 1752 een groot hoofdhuis tot stand. De opdrachtgever was de Amsterdamse louche zakenman en oplichter Paulus Benelle. Hij voerde ten onrechte de titel jonkheer, lichtte zijn vader op, maakte schulden en moest uiteindelijk naar het buitenland vluchten.
Van het huis resteert tegenwoordig alleen nog een ruïne, nadat het in 1944 door een bombardement werd verwoest. Wel zijn twee 18de-eeuwse bouwhuizen en een aantal andere bijgebouwen bewaard gebleven.
Windesheim is vandaag de dag vooral belangrijk vanwege zijn goed bewaard gebleven park in Engelse landschapsstijl. Deze aanleg, van ongeveer 28 hectare groot, is in 1789 ontworpen door de Amsterdamse architect Jacob Otten Husly. Het park kenmerkt zich door vele slingerlanen die langs weiden, over watergangen en door bos voeren. De aanleg is een zeldzaam voorbeeld uit het oeuvre van Husly, aangezien Windesheim (voor zover bekend) het enige door hem ontworpen landschapspark is.
Windesheim is rijksbeschermd als ‘complex historische buitenplaats’ met diverse complexonderdelen.
Foto: Creative Commons – Kasteelbeer.
Toegankelijkheid
Het landgoed is grotendeels opengesteld voor publiek, met uitzondering van het terrein in de directe omgeving van de bouwhuizen, die bewoond worden.
Van het hoofdhuis resteert enkel een ruïne.